In de war

Het was rustig in de stoptrein naar Zwolle. Geen scholieren. De overgebleven passagiers waren duidelijk een dagje uit: een ouder echtpaar met stevige schoenen en voorzien van rugzakjes, een gezin op weg naar het dolfinarium. Misschien was ik wel de enige die onderweg was naar het werk.
Bij het raam aan de andere kant van het pad zat een vrouw. Ze zat daar rustig en keek naar de voorbij schuivende weilanden. Ter hoogte van Borne riep ze plotseling Nee! Neeheeeeee! en ze begon te lachen.
Ze zat nog steeds in dezelfde houding, haar handen gevouwen, ik zag geen telefoon.
Wat? riep ze.
Was dat nou voor mij bedoeld? Ik keek haar aan, ze keek even terug en draaide vervolgens haar hoofd weer naar het raam. Nee, dat was dus niet voor mij bedoeld. Ze bleef naar buiten kijken terwijl ze af en toe in een schaterlach uitbarstte.
Ik had ondertussen mijn oordeel klaar: die was goed in de war.
In Almelo de Riet stapte ze uit, nog steeds mompelend en lachend. Pas toen ik haar nakeek terwijl ze het perron afliep zag ik het snoertje dat vanuit haar jas naar haar oor liep.

eerder gepost in juli 2004

4 comments

  1. hahahahahahahahahahaha lachen!!

  2. In 2004 was zoiets nog bijzonder, de tijd gaat snel hé.

  3. Ik dacht in het begin al … ’t stukje komt me zo bekend voor.

    De toelichting verklaart het dus. Maar ’t blijft apart om op deze manier te bellen.

  4. Hahahahahahaha.
    Zo heb ik eens, alleen in de auto op een prkeerplaats gezeten.
    Daar heb ik de foto’s bekeken die we hadden opgehaald en daarbij heel hard gelacht.
    De mensen die voorbij liepen, keken allemaal heeeeeel raar.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *