06
mei 12

De Pijp

is een wijk in Amsterdam zuid. Mijn moeder is in de eerste Jan van der Heijdenstraat geboren, mijn vader in de Govert Flinckstraat, twee straten verderop. Niet dat ze elkaar als kind ooit gezien hebben: zij en haar zussen mochten niet met ‘dat tuig uit de govert flinck’ omgaan. Uiteindelijk ontmoetten ze elkaar toch, tijdens de straatfeesten vlak na de bevrijding.
Eind jaren ’50 verhuisden ze naar het oosten van het land, tot grote afschuw van de rest van de familie, want daar was toch helemaal niks. Jawel, er was werk.
Jarenlang werd er heen en weer gereisd, eerst op de brommer en later met ’t Fiatje, voor familiebezoek waarbij ik als enige kleinkind dat in de blubber tussen de koeien woonde veel te veel aandacht kreeg. Ooms en tantes die al begonnen te lachen als ik m’n mond opendeed, want ik praatte plat. Dat was niet zo, maar dat vonden ze toch.

Het is 5 mei 2012 en ik loop ineens weer door die straten. Gerard Dou, Ferdinand Bol, Jan Steen, Albert Cuyp, al die vertrouwde namen en zoveel dingen waarvan ik dacht dat ik ze vergeten was. Oh ja, die hoge steile trappen met een touw langs de leuning waarmee je de deur open kon trekken. Vanuit ’t piepkleine keukentje van mijn opa keek je over de daken van de melkfabriek, waar het altijd vol katten zat. De andere opa en oma woonden in een souterrain; van de voorbijgangers op straat waren alleen de benen te zien.
De huisnummers weet ik niet meer, dat is wel jammer. Kon ik ze maar even bellen hè, om het te vragen. De dingen die voorbij gaan en zo.

At the corner


16
jan 10

Verdomme

De straat waar mijn vader woonde is vlakbij waar ik nu woon, en ik kom er op weg naar huis bijna dagelijks langs. Ik heb zoveel zin om even bij hem langs te gaan. Maar dat kan niet meer. Verdomme.


01
jul 09

Ten years gone

We konden samen huilen van het lachen, begrepen elkaar precies, hadden aan een half woord genoeg. In mijn puberjaren hebben we vreselijke ruzies gehad, maar toen ik zelf moeder werd – nog maar net die jaren ontgroeid – was ze er 100% voor me. Ze had een groot gevoel voor humor, ze was oprecht geïnteresseerd in alles wat ik me op de hals haalde. Ze hield niet van opgeprikte familietoestanden. Ze hield sowieso niet zo van de geijkte stramienen. Ik denk dat ze tijdens de reizen samen met mijn vader naar haar geliefde Noorwegen pas echt gelukkig was. Mijn moeder. Ik kan nauwelijks geloven dat het vandaag al tien jaar geleden is dat ze overleed. Ze is altijd ergens dichtbij, in mijn gedachten.

A song to you, sister, mother, friend, grandmother
To all of you who have borne the burdens
When others failed
To you who have given and given
Without asking anything in return
Know that life itself is on our side
It gives the strength to rise up anew
Know that you are a flower
Know that you are a bird
Fly

Mari Boine – Eadnán bákti / To woman


21
nov 07

Foto’s

Meer dan veertig fotoalbums stonden er bij mijn vader in de kast. Nu staan ze allemaal hier. Er is er een bij die nog helemaal leeg is. Er liggen alleen twee enveloppen van de Hema fotoservice in. Op de een staat ‘Ooipolder, 1999’. En op de andere ‘Limburg, 1999, laatste vakantie samen’. Mijn moeder overleed in de zomer van dat jaar. Hij heeft zich er nooit toe kunnen zetten om die laatste foto’s in dat album te plakken. Dat ga ik nu maar eens doen.


02
jun 07

Een brief

van de woningbouwvereniging. Aan de ‘vertrokken bewoners’ van die en die straat. Vanaf juli 2004 is er te veel betaald voor de schoonmaakkosten, omdat het reinigen van de dakgoten ten onrechte is meegeboekt. Het teveel betaalde bedrag zal worden teruggestort.
Met vriendelijke groet en zo.
“Ze weten je altijd snel te vinden als ze geld van je krijgen, maar andersom geven ze niet thuis,” zei mijn vader weleens. Deze brief had hij denk ik wel kunnen waarderen. Zo jammer alleen dat-ie te laat komt.


09
mei 07

Brief

‘Amsterdam, 1967,

Harry,
Van harte gefeliciteerd met je zooveelste geboortedag! En ook Leen deelt daarin mee, en Jenneke he! (Je moet zelf maar snoepjes voor je kopen Harry!)
Zeg lui, ik zag van de week bij Fietje de filmpjes die Gerrit destijds in Hengelo gemaakt blijkt te hebben. Ik wist niet eens dat hij zoo’n apparaat bezat.
Hij projecteerde het op de muur van de kamer; nou zeg, iets aparts, dat wel! Ik zag Fietje, op de brommer, dwars door het streepjesbehang verdwijnen, naar de buren! De explicatie van Gerrit onthulde me dat Fietje te lang wegbleef – overdreven natuurlijk, ze was net 1/10 seconde weg, maar in een film van 3 minuten is dat een meter – maar het was voor Harry aanleiding bleek me, om ook met brommer en al door het behang te gaan, om haar te zoeken. Blijkbaar opgejaagd door Harry verscheen Fietje toen weer het eerst, toen weer Harry en toen….zoowaar ook Peet..! Ook op een brommer. Hem kennende bleef ik niet eens lang stilstaan hoe hij aan die derde brommer kwam. Enfin, het was verbluffend. Een moordfilm. Als decor hadden ze Snuffel, de hond, ook weer opgegraven; hij ging kwispelstaartend bij jullie naar binnen! Echt leuk opgezet van inhoud! Als Opoe, van Gerrit, nou ook nog op een brommer was gearriveerd, was ik beslist gebarsten! Niet aan gedacht?

Daarna zette Gerrit nog een film op met de explicatie “mislukt”, en ik dacht dat het de titel was van een ander vrolijk verhaal; maar “licht bij gekomen” zei Gerrit somber, toen de projector zoemde, en ik keek, gepast zwijgend, 3 minuten naar een inktzwart vierkant op de muur. ’t Was vast een in memoriam, want hij rolde hem weer op toen we elkaar weer zagen.
Maar….er zijn wel, met zooiets, vele mogelijkheden he? De aanschaf van camera en projector zal wel in de papieren lopen, maar dan is het beslist wel te doen. Voor 7 oude klaren heb je een film van 3 minuten; dat zijn die Chaplin filmpjes ook in duur, aldus Gerrit.

Nou Harry en Leen, nieuws is er niet en dit moet nog gauw op de bus. De groeten aan iedereen in Hengelo en jullie in ’t bijzonder van Pa.
Dag Jenneke, ik zag je op de film, spittend in de tuin. Voorzichtig met de aardas meid!! Daaaag. Opa.’